In een overmoedige bui dacht ik, waarom doe ik dat niet zelf even? Een naampje graveren in een beker, of schaal. Hoe moeilijk kan het zijn, nietwaar.
De eerste poging was een tryout á main: met mijn Proxxon, gebruik ik die ook eens, en een graveerdingetje schreef ik al snel vaenw op wat maar toevallig in de buurt lag. Geinig spul. Daarna zette ik zo goed en zo kwaad als dat ging de nog niet geëerde winnaars van het Snelschaakkampioenschap van Staunton op de nieuwe beker. Mooi dat die erop staan, jammer dat het niet net wat netter lukte.
Om bij een volgende poging beter beslagen ten ijs te komen wendde ik mij tot marktplaats. Als graveermachines – blijkbaar – niet meer in gebruik zijn als vroeger, zouden ze en masse te vinden moeten zijn. Marktplaats stelde niet teleur. Ik moest er wel voor naar Kollum, maar de pret kon dat niet drukken. In Kollum kocht ik een apparaat dat al jaren, zo niet decennia, ongebruikt in een schuurtje had gestaan. De verkoper liep als verwacht mocht worden op klompen, want Fries, en waarom ook niet.
Geheimtipp: koop je op marktplaats, probeer iets uit Friesland. Ze halen je het vel niet over de neus, komen afspraken gewoon na, en nemen je zelden bij het been. Menig Groninger kan hieruit lering trekken, de goeden niet te na gesproken natuurlijk.
Ok, de machine dus, een Gravograph Im3 om precies te zijn, zag er naast lang ongebruikt ook acceptabel uit. Voor het lekenoog dat ik nu eenmaal moet gebruiken waar het inspectie van Gravographen Im3 betreft.
Youtube helpt als je dingen niet begrijpt.
Met wat poetsen, smeren, WD40 ook, kwam er langzaam nieuw leven in het oude bessie. Prachtig stukje techniek, zo’n pantograaf!
Bij het ding zat allerlei extra’s, dat wel of niet noodzakelijk zou blijken. Een letterset, in brons, met hoofdletters, speciale tekens, noem maar op. Alleen het diakritische teken op de c van het Sloveense Kudernáč zit er niet bij. Mocht Théo prijzen gaan pakken, moeten we daar nog iets op verzinnen…
Ook zaten er wat kunststof plaatjes bij speciaal voor graveren van bijvoorbeeld naamplaatjes. Hier kon een kind de was doen. Wauw.
Opgetogen pakte ik hierna een eerste projectje op: de wisselbeker van het Snelschaken voor teams.
Het plaatje graveren: 2024 SISSA, bleek opeens veel lastiger. Had ik wel de juiste graveerpen in de machine zitten? Welke diepte zet je erop voor een naam? Lastig, lastig.
Project 2 – we komen nog niet in buurt van de 2025… – werd de Albersschaal. De prijs voor het Rapidkampioenschap. Daar ontbraken nog drie (!) namen. Het materiaal, iets tinnigs, was zacht, zeer gevoelig, onvergevingsgezind ook. Hans werd als kampioen van 2022 hiervan slachtoffer. Ik troost me met de gedachte dat zijn naam inmiddels zo vaak in zoveel bekers en schalen staat, dat hij het een leergierige leerling-graveerder niet euvel zal duiden. Bij Pablo, de verrassend overtuigende winnaar in 2023, ging alles nog goed, en het graveren al iets beter. Daarna kwam 2024. En het verkeerde rijtje.
Nu kom ik uit de tijd van de lagere school, met zes klassen, daarvoor een kleuterschool, en tijdens de lessen: rijtjes stampen, of tafels, nu ja iets. Sowieso was er meer stamp in de jaren tachtig.
Bij rijtjes is het van belang dat je ze 1: kent, 2: op het juiste moment inzet. Bij twee ging het bij mij hopeloos mis, toen ik vol goede moed de winnaar van 2024, J.F. Van der Graaf, op of eigenlijk ín de Albersschaal zette.
Bij het schrijven van dit stukje begon er iets te dagen, en dat eindigde in schaamrood. Jaap won de Muilwijk…Beker. Dit was een schaal, de Albersschaal. Aargh. Een heel klein stukje van mij hoopte, wensdacht is misschien beter, dat Jaap de Albersschaal óók gewonnen had in 2024. Alsof ik niet zelf getuige, en slachtoffer, was geweest van de race tussen Iván en Hans.
Na het besef komt, ja, wat komt er eigenlijk na besef? Stiekem die schaal in de vitrine zetten, ergens achterin, en geen haan die er naar kraait?!
Hmm, plan B. Jaap verwijderen, Iván erop zetten. Makkelijker gezegd en bedacht, dan gedaan of voor mekaar gebokst. Schuren, voorzichtig, tin enzo, shit, iets uitgeschoten, hmm, gaat toch best ok dit. Tot mijn Proxxon, een reliek van mijn vaders zeer complete gereedschapskist, -kit, -kast, whatever, opeens versleten rondtolde op het tin. De hele schaal onder de krassen. O, mijn hemel.
Had ik al gezegd hoe zacht tin is, en onvergevingsgezind? De volgende dag begon met hete koffie, en nieuwe moed, en een tikje hoop.
Eerst maar eens de krassen proberen weg te schuren. Dat ging best aardig, maar had een ongewenst neveneffect. De namen van de 2017-2019 winnaars vervaagden tot vrijwel onleesbaar. Voor de eeuwigheid verloren, Edwin, Jonas en Hans (die gelukkig al genoeg op bekers en schalen staat).
En toen was het tijd voor plan D: dan maar die hele schaal schuren, namen weg, namen opnieuw erin zetten. Klaar. Zo gezegd, zo gedaan. Het resultaat is +/- acceptabel. Dat gezegd, ik zet de Albersschaal toch maar een jaartje achter in de vitrinekast…