Staunton speelde op 14 oktober zijn eerste bekerwedstrijd tegen de winnaar van de beker van de Friese schaakbond Emmeloord. Het bekertoernooi blijft wat mij betreft een van de leukste en boeiendste competities om aan mee te doen. De doordeweekse uitwedstrijden in bijvoorbeeld Meppel, Leeuwarden of Raalte met een nachtelijke terugreis over verlaten wegen geven toch wel een aparte teamsfeer. Verder zijn overwinningen op Esgoo 1, Unitas 1 en Philidor Leeuwarden 1, om de mooiste van de afgelopen jaren maar te noemen, voor ons toch eigenlijk alleen te realiseren in bekerwedstrijden.
Verder kennen veel bekerwedstrijden door de vermoeidheid van een gewone werkdag en omdat er slechts met viertallen wordt gespeeld vaak een boeiend en spannend verloop ondanks het feit dat de verschillen in sterkte soms behoorlijk groot zijn. De wedstrijd tegen Emmeloord was daarop geen uitzondering
Na een rustig begin leek er weinig aan de hand en niets wees op een rare wedstrijd. Yeb was voor zijn doen goed uit de opening gekomen, Paul gelijkwaardig en Joop en ik leken met wit een mooi plusje te hebben. Toen gebeurde er echter van alles. Yeb raakte de draad kwijt en zijn koning werd het hele bord overgejaagd en verloor uiteindelijk. Er was echter nog weinig aan de hand Joop en ik stonden inmiddels gewonnen en Paul stond nog steeds gelijk. Toen sloeg echter binnen vijf minuten het noodlot toe.
Joop dacht de winnende combinatie uit te voeren maar er zat helaas een stevig lek in en kon gelijk opgeven. Vervolgens trapte ik in zo’n beetje de allerlaatste truc van mijn tegenstander. Ik moest mijn dame geven en een stelling gaan verdedigen met een toren en loperpaar tegen dame en toren en zooitje pionnen aan beide kanten. Ik vervloek mijzelf diverse malen en een diepe zelfhaat maakt zich van mij meester. Gelukkig kan ik met enige hulp van mijn tegenstander nog iets maken wat op een vesting lijkt. Hij moet nu in ieder geval nog even nadenken over de winst. Maar winnen lijkt voor mij een “mission impossible”. Ook Paul heeft eigenlijk niets en hoewel Paul een meester is in het water uit steen persen zie ik weinig wat aanleiding geeft om te denken dat hij dit eindspel nog gaat winnen. De afgang en de bijbehorende uitschakeling hangen in de lucht en lijken eigenlijk onvermijdelijk.
Er moeten kortom wonderen gebeuren zoals ze eigenlijk normaal gesproken alleen Yeb Blom overkomen. Maar Yeb is al klaar en Caissa was hem vandaag ook niet goed gezind. Maar goed Paul schuift rustig verder en mijn tegenstander begint ineens lang na te denken en heeft blijkbaar moeite om een goed winstplan te verzinnen en biedt ineens remise aan.
Tsja wat te doen? Objectief mocht ik natuurlijk mijn handen dicht knijpen met dit aanbod. Maar ja, het teambelang zegt op dit moment doorspelen tot je erbij neervalt ook al is je stelling zo rot als een mispel. Dan slaat de twijfel toe… hoe ga ik dit ooit winnen?? Mijn tegenstander kan als hij wil gewoon torens ruilen en dan kan ik het heel misschien remise houden, maar er zit toch echt niet meer in. Eigenlijk is het gekkenwerk om door te spelen. Waarom moet ik eigenlijk nog meer ratingpunten weggooien als de rest van het team ook loopt te slabakken?
Ik kijk nog een keer naar het bord van Paul en hoewel het waarschijnlijk nog wel remise is heeft Paul toch wel wat vorderingen gemaakt. Ik bedenk dat Paul als geen ander dit soort eindspelletjes naar zich toe kan trekken en in een bui van overmoedigheid, wanhoop en teambesef zeg ik tegen mijn tegenstander ik speel nog even door.
Mijn tegenstander is blijkbaar overbluft en kiest niet voor de handigste weg en begint lang na te denken om vervolgens wat doelloze zetten te doen. Paul begint inmiddels echt vorderingen te maken en het ziet er naar uit dat hij winstkansen heeft.
Dan ineens zie ik iets wat op een truc lijkt. Het is allemaal niet geforceerd, maar misschien is het wel een poging waard. Op het eerste gezicht lijkt zwart te kunnen afwikkelen naar een eindspel met een kwaliteit meer wat hij risicoloos op winst kan spelen. Het kost echter een kwaliteit en dan houd ik een eindspel over met Toren/Loper tegen Dame waarbij hij nog wat zwakke pionnen heeft. Dan heb ik misschien echt wat spel. Hoewel mijn loper dan zijn mooie positie moet opgeven, besluit ik er voor te gaan. Mijn tegenstander denkt en zijn klok duikt onder de minuut. Weliswaar heeft hij een increment van 5 seconden per zet, maar veel tijd om een plan te verzinnen heeft hij niet meer. En dan kiest hij voor de ogenschijnlijk eenvoudige afwikkeling en ik zie hem schrikken als hij een kwaliteit moet inleveren.Daarna gaat het snel. Paul heeft inmiddels een gewonnen stelling en mijn tegenstander is inmiddels de weg kwijt en gaat door zijn vlag in een stelling die objectief zeker nog remise is. Zo komt er toch nog een 2-2 op borden en moet er gesnelschaakt worden.
Bij het voetbal wint meestal het team dat in blessuretijd de onverdiende gelijkmaker intikt ook de verlenging of strafschoppenserie en zo gaat het ook hier… De snelschaakmatch valt met 4-0 onze kant uit. We zijn dus een ronde verder en voor Emmeloord wacht nog een lange thuisreis naar de polder. We zullen tegen Veendam of de Spassky’s wel uit een ander vaatje moeten tappen.
Tegen half 1 stuur ik Piet nog maar even een Whatsapp bericht. 2-2, door na snelschaken. Zo kan je het in het kort samenvatten.
Erwin van Pelt